‘Zorgcoördinatie zorgt voor betere samenwerking en snellere zorg’

Ellen Otte, algemeen bestuurder bij PrimaCura Huisartsenzorg Midden-Brabant en penvoerder zorgcoördinatieregio Midden-Brabant, over gezamenlijke stappen richting betere acute zorg.
‘Zorgcoördinatie zorgt voor betere samenwerking en snellere zorg’

In de regio Midden-Brabant is de beweging naar betere zorgcoördinatie in volle gang. Ellen Otte, bestuurder bij PrimaCura en penvoerder voor deze regio, is vanaf het begin nauw betrokken bij de ontwikkeling van het implementatieplan. In dit interview deelt ze hoe de regio samenwerkt aan verbeteringen in de acute zorg, welke waardevolle inzichten dit proces al heeft opgeleverd en waar ze naartoe wil.

 

Waar staan jullie nu in Midden-Brabant?

“We zitten in de afrondende fase van het implementatieplan. We hebben een intensief proces doorlopen met alle betrokken zorgpartijen, een gezelschap dat normaal niet zo vaak in deze brede samenstelling samenwerkt. Juist dat heeft veel opgeleverd. We hebben inzicht gekregen in welke groepen patiënten extra aandacht nodig hebben, waar de knelpunten zitten en wat we samen beter kunnen doen. Het is buitengewoon waardevol geweest om te ervaren hoe groot de impact is als je elkaar echt ontmoet. Want voor de patiënt maakt het een wereld van verschil als wij als organisaties nog beter op elkaar zijn afgestemd.”

 

Wat drijft jou in dit project?

“De juiste zorg op de juiste plek – daar draait het om. We willen dat patiënten direct op de plek komen waar ze het beste geholpen kunnen worden, en dat zorgverleners snel kunnen doorpakken. Alleen zo houden we de zorg ook in de toekomst toegankelijk. Dat vraagt om samenwerking. We hebben als regio echt de tijd genomen om het plan samen te maken, in plaats van een papieren model op te leveren dat niet gedragen wordt. En dat begint nu zijn vruchten af te werpen.”

 

Wat zijn de volgende stappen?

“Na de zomer dienen we het implementatieplan in. Maar we zien nu al dat de samenwerking zorgt voor concrete verbeteringen. Zo blijkt uit onze analyses dat bepaalde zorgvragen, zoals katheterproblemen of neusbloedingen, vaak prima opgelost kunnen worden door de wijkverpleging in plaats van door de ambulance of het huisartsenteam. Dat scheelt tijd én inzet, en de acute wijkverpleging vindt het fijn om daarin een rol te spelen.

Ook zien we dat een deel van de 112-oproepen prima kan worden overgedragen aan de huisartsenpost. Maar daar is goede afstemming voor nodig, onder andere vanwege de verschillen in triagesystemen. De meldkamer werkt met een snel, strak systeem, terwijl de Huisartsenspoedpost juist breder kijkt naar alternatieve zorgvormen. Dat vraagt om verdere samenwerking – en daar zetten we op in.”

 

Hoe draagt dit bij aan betere patiëntenzorg?

“We zien nu dat ouderen soms blijven hangen in het systeem. Bijvoorbeeld na een val komt de huisarts of ambulance langs, en fysiek is er misschien weinig aan de hand, maar thuis blijven is geen optie. Dan blijven zorgverleners bij de patiënt wachten tot er iets geregeld is – dat kost veel tijd voor iedereen. Door betere overleglijnen en wederzijds vertrouwen kunnen we sneller handelen.”

 

Hoe ervaar je de samenwerking?

“Heel positief. We zitten inhoudelijk op één lijn, er is veel draagvlak. Natuurlijk is het soms een uitdaging om er tijd voor vrij te maken. Maar ik zie dat mensen zich inzetten omdat ze geloven in de meerwaarde. Het maakt me trots om te zien hoe managers en medewerkers hier samen de schouders onder zetten. En dat het nu al leidt tot verbetering, nog vóór het plan officieel is ingediend – dat is gewoon super mooi om te zien.”

 

Waar droom je van als je kijkt naar de toekomst van zorgcoördinatie in Brabant?

“Ik hoop dat we elkaar nog gemakkelijker weten te vinden. Dat de lijnen kort zijn, en dat we vertrouwen op elkaars inschattingen en expertise. Maar er zijn ook uitdagingen, zoals de groep mensen met onbegrepen gedrag – vaak met GGZ-problematiek of verslaving – waar moeilijk acute zorg voor te organiseren is. Dat blijft een lastige groep, die relatief klein is, maar veel vraagt van zorgverleners. Daar gaan we samen verder over in gesprek en ook daar heb ik alle vertrouwen in.”

 

Tot slot: wat wil je de zorgverleners meegeven?

“Blijf deze energie vasthouden. De kracht zit in de samenwerking, in de bereidheid om over de muren van je eigen organisatie heen te kijken. Zorgcoördinatie is geen doel op zich, maar een middel om onze patiënten sneller en beter te helpen. En dat is uiteindelijk waar we het allemaal voor doen. Dat neem ik ook mee in mijn nieuwe baan als bestuurder bij Surplus in september: deze kracht van samenwerking binnen de huisartsenzorg en de acute zorgketen.”